Verbind jij jouw expertise graag aan unieke uitdagingen in de bouw, infra en vastgoed?

De bouwwereld barst anno 2023 van de tegenstellingen. We willen de gebouwde omgeving laten groeien om de wooncrisis te lijf te gaan, maar tegelijkertijd lopen we tegen ecologische grenzen aan. We willen versnellen, maar zien ook praktische barrières waardoor we soms juist willen vertragen. Hoe gaan we daarmee om? Dat is de hamvraag die we in deze nieuwe interviewserie Groeien met Grenzen onderzoeken.

We trappen dicht bij huis af, met Brink-adviseurs Joost van der Werf en Arthur van Wijk. Joost is financieel expert en Arthur focust zich op de organisatiekant van bouw- en ontwikkelprojecten. Vaak bij verduurzamingsprojecten in de gebouwde omgeving. Samen buigen ze zich over de vraag hóe we de belangrijkste barrières voorbij kunnen komen.

De belangrijkste barrières in het kort

De barrières in de energietransitie zal je ongetwijfeld kennen en misschien wel dagelijks ondervinden. Het speelveld is complex, met veel betrokken partijen en nog meer conflicterende deelbelangen. Bovendien is alles nieuw en volop in ontwikkeling. De techniek, maar bijvoorbeeld ook de wetgeving. Arthur: ‘Zo’n nieuwe warmtewet die minister Jetten vorig jaar voorstelde. Dat is goed bedoeld maar geeft ook veel onzekerheid, waardoor veel private warmtebedrijven afwachten wat er gaat gebeuren, weer opnieuw gaan rekenen, of zich terugtrekken. Dat geeft een vertraging van jaren.’

Daar komt dan nog bij dat de transitie een ontzettend dure operatie is. Joost: ‘We onderzoeken de haalbaarheid van een door geothermie gevoed warmtenet in Zwolle. Dan praat je al snel over meer dan 100 miljoen euro. Voor maar twee wijken. En bij een groot bedrijventerrein in Brabant over 500 miljoen. Tot nu toe moet er altijd geld bij om een onrendabele top in de businesscase af te dekken.’

Als klap op de vuurpijl lopen we ook nog tegen allerlei praktische problemen aan, zoals netcongestie en een zwaar tekort aan mensen om de hele operatie uit te voeren.

Het is een illusie dat je snel én efficiënt kan zijn

Hoe kunnen we dan tóch versnellen? We kunnen het ons immers ook niet permitteren om in de barrières te blijven hangen. Arthur denkt dat een belangrijke oplossing is om niet steeds te proberen alles aan elkaar te knopen. ‘Tegelijk met de energietransitie wil men ook sociale problematiek oplossen en vergroenen. Vanuit een inhoudelijk perspectief valt daar veel voor te zeggen, maar in praktische zin wordt het zo nóg complexer. En het is al complex genoeg.’

Joost: ‘Je moet durven om inefficiënt te zijn. Een woning stap voor stap verduurzamen is ook niet zo efficiënt als in één keer het hele huis aanpakken. Maar het is wel veel praktischer en daarom alsnog een snellere route. Misschien dat je na een aantal jaar concludeert dat je het achteraf gezien nog wat handiger had kunnen doen, maar dat is dan maar zo. We zijn bezig met een grote transitie en daar horen soms inefficiënte stappen bij. Om toch vooruit te komen.’

Arthur pleit ervoor om één probleem centraal te zetten en te kijken of dáár andere zaken aan gekoppeld kunnen worden. ‘Neem bijvoorbeeld warmtenetten als hoofddoelstelling. Dat is fysiek de grootste ingreep die je in een wijk gaat doen. Van daaruit kan je kijken of daar ook andere dingen aan gekoppeld kunnen worden. Dan is er veel meer duidelijkheid. Nu kun je eindeloos op elkaar wachten in een poging om bij voorbaat álles aan elkaar te knopen.’

Met kleinere stappen sneller vooruit

Vooral de grote diversiteit in de gebouwde omgeving maakt dat Joost denkt dat we met die kleinere – soms inefficiënte – stappen, uiteindelijk veel harder vooruit kunnen gaan dan met een groot masterplan. ‘Kijk maar naar een gemiddelde straat in Nederland. Dan zie je een stel dat net een huis heeft gekocht heeft en tot hun nek in een hypotheek zit. Maar ook een echtpaar op leeftijd, een alleenstaande oudere van 80 die echt geen polonaise aan z’n huis wil, mensen die uit eigen beweging al veel hebben verduurzaamd en alles daartussenin. Daar kan je geen blauwdruk plan overheen leggen, zoals we nu bijvoorbeeld wel proberen met de routekaarten verduurzaming.’

Arthur is het daarmee eens. ‘Het is echt een illusie om te denken dat je op basis van een kaart in kan tekenen wat een oplossing is voor één wijk. Er zijn ook nog veel technische verschillen. Sommige gebouwen hebben bijvoorbeeld collectieve aansluitingen en anderen weer individuele. De een is al goed geïsoleerd en de andere nog niet. Dat maakt dat je bijna per gebouw een andere afweging of in ieder geval een ander plaatje krijgt, ook in termen van investeringen. Dus ik sluit me er helemaal bij aan om te beginnen met behapbare stukjes die voor nu haalbaar zijn. Een hogetemperatuur-warmtenet is bijvoorbeeld een goede oplossing bij woningcorporaties met hoogbouw met slechte isolatie die moeilijk te verbeteren is. Als je daar een haalbare businesscase hebt, ga daar dan voor. Dan kun je van daaruit kijken hoe je verder kan bouwen.’

Bestuurskundige Katrien Termeer noemt deze aanpak de Small Wins aanpak. Het consequent zetten van kleine, maar betekenisvolle stappen. Daarmee kan sneller begonnen worden, want de risico’s zijn kleiner. Zie dit stuk voor onderbouwing en praktische voorbeelden van deze aanpak.

Joost: ‘Precies! En zo kan je ook voor de aanpak kiezen om elke keer als er een dak vervangen moet worden, te kiezen voor de dikste isolatielaag. Of dat pand het nou wel of niet nog twintig jaar gaat houden, maakt niet zoveel uit. Het zijn kleine ingrepen maar als je die consequent doet kom je wel vooruit. Een ander goed voorbeeld is het verbod op gasaansluitingen voor nieuwe woningen vanaf 2018. Dan trek je een streep en vanaf daar gaat het automatisch. Dat was even schrikken voor bouwers en ontwikkelaars, want het deed wat met de businesscase. Maar het was vanaf toen wel duidelijk en nu loopt het.’

Met z’n allen op de vluchtstrook van een vierbaans-snelweg

Arthur en Joost hebben niet alleen ideeën over hoe de energietransitie versneld kan worden. Ze hebben ook een hoop vragen, waar ze graag samen met anderen antwoord op vinden. Zo vraagt Joost zich af of we niet wat meer risico kunnen nemen met het stroomnet. ‘Ik hoor vaak dat we in Nederland een heel betrouwbaar energienetwerk hebben, dat veel pieken aankan. We hebben een backup en een backup van de backup en doen er zo alles aan om te voorkomen dat de stroom een keer uitvalt. Maar is het nou écht zo erg als dat één of twee keer in een jaar even gebeurt? In een ziekenhuis wel. Maar in een huishouden is dat toch een ander verhaal?’

‘Ik heb weleens iemand de vergelijking horen maken dat we in Nederland een elektriciteitsnet hebben als de A12, met vier hoofdwegen, maar dat we allemaal over de vluchtstrook rijden. Klopt het dat dat een belangrijke reden is dat het stroomnet zo vol zit? Hoeveel verder zouden we die schuif open kunnen draaien en wat is het effect daarvan? Kunnen we dan misschien wél meer zonnepanelen bijpluggen en zo de energietransitie versnellen?

Heb jij antwoorden op de vragen van Joost? Of wil je erover meepraten? Dat kan! Onder deze LinkedIn post.

Waar halen we nou de grootste winst?

Arthur is vooral benieuwd of we onze tijd, euro’s en capaciteit wel goed genoeg inzetten. ‘Als je kijkt naar de opgaven die we in Nederland hebben, dan zijn huishoudens daar maar een fractie van. Maar omdat het warmtevraagstuk zo complex is, gaat daar nu een groot deel van onze capaciteit naartoe. Is dat nou slim, dat vraag ik me echt af. Want al die capaciteit kan je maar één keer inzetten. Als je het economisch bekijkt, zou ik zeggen: kijk waar de meeste CO2-uitstoot vandaan komt en ga daarmee beginnen. Zet daar de grootste investeringen, de knapste koppen en de meeste handen op.’

Joost vult aan: ‘Kijk bijvoorbeeld naar het aardgasvrij maken van wijken. Dat bedoel ik niet vervelend, maar wat hebben we daar nou tot nu toe bereikt? Er zijn nu een aantal wijken aardgasvrij, maar over heel Nederland bekeken is dat slechts een fractie. Toch gaat er zóveel menskracht naartoe, die we ook op andere plekken kunnen inzetten waar veel meer uitstoot plaatsvindt.’

Een aparte pot voor risico’s

Tot slot hebben Arthur en Joost allebei nog een financiële tip om te versnellen. Volgens Arthur is het belangrijk om de businesscase niet kapot te rekenen. ‘Als elke betrokken partij al haar mogelijk risico’s inbrengt, dan blaas je de businesscase direct op. Het kan helpen om in plaats daarvan de risico’s onder de brengen in een aparte pot. Joost vergelijkt deze aanpak met een verzekering. ‘Je spreekt af om ervan uit te gaan dat ze niet optreden. Je maakt afspraken over die aparte pot voor als er toch iets tegenvalt, maar laat niet elke partij apart al hun mogelijke risico’s inbrengen in de begroting.’

Hij ziet ook mogelijkheden bij de onderhoudsplannen van publieke gebouwen. ‘Of je gaat sparen en als je het geld hebt isoleer je het dak. Maar je kan ook zeggen: dit is een goed moment om het dak te vervangen, dat wil ik gelijk duurzaam doen en daar sluit ik een lening voor af. Die moet je dan aflossen, maar het voordeel is wel dat je gelijk een stap hebt gezet en ook nog eens een lagere energierekening hebt. In de begroting heet dit doteren aan een voorziening, of activeren en afschrijven. In de begroting kost het evenveel, maar deze financiële techniek biedt een enorme oplossingsruimte.

Boven alles helpt het als de betrokken partijen volhardend zijn. Een mooi voorbeeld daarvan is WarmteStad Groningen, een publiek warmtebedrijf die duurzame warmte biedt aan Groningers en lokale bedrijven. Arthur: ‘Het plan daarbij was om gebruik te maken van geothermie. Uiteindelijk is dat op het laatste moment niet doorgegaan omdat gevaar voor aardbevingen onvoldoende kon worden uitgesloten. Financieel was dat een tegenvaller van een miljoen of zes. Dan moet je wel een gemeente hebben die met de andere publieke partijen de rug rechthoudt en zegt: heel vervelend, maar dit hoort bij zo’n soort project. Ze zijn doorgegaan en uiteindelijk uitgekomen op warmte vanuit een datacentrum. Dat functioneert nu.’

Ken jij meer inspirerende voorbeelden zoals WarmteStad Groningen? We horen ze graag! Ook zijn we benieuwd wie we volgens jou zeker moeten spreken voor deze onderzoeksserie over Groeien met Grenzen. Hoe kunnen we de wooncrisis te lijf gaan zonder onze ecologische grenzen te overschrijden? Reageren kan hieronder!

Geef hier jouw reactie!